In 2020 schreven we een artikel over de Agrifood+ Express: een binnenvaartverbinding voor gekoelde versproducten tussen Vlissingen en Lelystad. Door het verplaatsen van het pakket van een van de grootste bevroren aardappel leveranciers, is de oorspronkelijke verbinding een jaar stil komen te liggen. TMA en Jawa wilden in aanloop naar het nieuwe uienseizoen opnieuw een intermodale verbinding naar Vlissingen opzetten, zijn erin geslaagd om een empty depot te openen in Lelystad in samenwerking met een van de grootste rederijen ter wereld en zijn daarom op eigen initiatief een nieuwe bargeverbinding gestart. De belangrijkste reden voor Jawa om gebruik te maken van Vlissingen is de aansluiting met de deepsea verbinding naar West-Afrika. Waarom? Uien.
In West-Afrika consumeren mensen gemiddeld 40 kilo uien per jaar, wat aanzienlijk meer is dan in Europa (zeven kilo per persoon). We gingen in gesprek met Pieter en Jasper van Jawa Food, Grant van TMA Multimodal Utrechten Mark van Lineage en spraken over de samenwerking die nodig was om de bargeverbinding naar Vlissingen weer op te starten, waarom West-Afrika zo belangrijk is voor de uienexport, en hoe Jawa en TMA samen in gesprek zijn gegaan met de rederij om lege containers te positioneren.
1. Hoe zijn Jawa Food, Lineage en TMA met de samenwerking begonnen en wat zijn de belangrijkste voordelen van deze samenwerking?
Pieter: voor Jawa zijn uien een belangrijk exportproduct en we exporteren veel naar West-Afrika en maken gebruik van de afvaart in Vlissingen. Vanuit Vlissingen was er lading die bestemt was voor Lelystad bij Lineage is er een binnenvaartschik omgebouwd met extra veel reeferplugs. Lineage en TMA zijn met elkaar in contact gekomen en al snel bleek dat we allemaal dezelfde ambitie hadden om waar het kan gebruik te maken van de binnenvaart. Hierdoor zijn we graag de samenwerking met elkaar aangegaan.
Grant: Om een betrouwbare binnenvaartdienst op te zetten, heb je volume en frequentie nodig, daardoor zijn we als logistiek dienstverlener altijd op zoek naar samenwerkingsmogelijkheden. We geloven in 1+1=3 en zien andere logistieke dienstverleners niet gelijk als concurrent, maar zien het juist als een kans om samen succesvolle projecten uit te voeren. Zo hebben we samen met Lineage allebei de pakketten van onze klanten op elkaar gelegd en konden we starten met de Agrifood+ Express.
Mark: Lineage Vlissingen begon negen jaar geleden met deepsea container aankomsten in de haven, die voorheen via Rotterdam en Antwerpen gingen. Een belangrijke reden om een call direct in Vlissingen aan te doen, is het grote aantal exportcontainers met uien vanuit Zeeland. Naast Zeeland is ook de Noordoostpolder een uienproducent en dus hebben we onderzocht of we ook deze volumes konden laten aansluiten op onze call in Vlissingen. Met een van de grootste leveranciers van bevroren aardappelen, konden we het traject Vlissingen-Lelystad goederenstromingen combineren. In de agrofoodsector is geconditioneerd transport belangrijk en daarom hebben we een binnenvaartschip laten ombouwen en voorzien van extra reeferplugs. Bij diverse partijen was de wil er om vanuit efficiëntie en duurzaamheid gebruik te maken van binnenvaart en zo is de Agrifood+ Express ontstaan.
2. Waarom is de medewerking met een rederij belangrijk voor het succes van deze transportstroom?
Grant: De rederij speelt een cruciale rol bij het faciliteren van de transportstroom. Het hebben van de juiste persoon binnen een rederij, die geïnteresseerd is in het ontwikkelen van een businesscase, is essentieel. De rederij zorgt voor het aanleveren van lege containers en het organiseren van scheepvaartbewegingen.
Jasper: Zonder deze ondersteuning is het logistiek veel ingewikkelder en kostbaarder. Ook hebben zij invloed op de beschikbaarheid van boten en kunnen ze de risico’s minimaliseren, wat bijdraagt aan een soepel verloop van het proces.
Mark: De samenwerking met Jawa en TMA is essentieel voor het efficiënt koppelen van ladingstromen. Deze samenwerking zorgt ervoor dat schepen optimaal gevuld zijn en dat er gebruik wordt gemaakt van elkaars netwerken en capaciteiten. Dit heeft geleid tot een sterkere logistieke keten. Ook in Zeeland werken we samen met veel verschillende partijen uit de uiensector. Het begon met 50 containers per maand tijdens het uienseizoen, maar is nu uitgegroeid tot een wekelijkse dienst. Zo is de verbinding steeds robuuster geworden. Om vanuit het achterland containers per binnenvaart aan te kunnen leveren is het belangrijk om voldoende en op tijd lege containers op locatie te hebben. De gesprekken die TMA en Jawa hebben gehad met de rederij, hebben geresulteerd in een mooie samenwerking. Ook hier zie je weer dat het heel belangrijk is om met verschillende partijen uit de keten samen te werken.
3. Hoe verloopt de aanlevering en het ophalen van containers en wat zijn de uitdagingen?
Grant: Er wordt samengewerkt met voor het neerzetten van een leeg depot in Lelystad. TMA haalt wekelijks lege containers op in Rotterdam, die vervolgens naar Lelystad worden gebracht om geladen te worden. Dit proces wordt strak gepland om de productie en logistiek te optimaliseren, waarbij men vooruit werkt om vertragingen te voorkomen. Containers worden drie keer per week geladen, en de transportbeweging verloopt als een driehoek tussen Rotterdam, Lelystad en Vlissingen.
Mark: Een belangrijke uitdaging voor Lineage is het waarborgen van de kwaliteit van de producten tijdens het transport, vooral bij geconditioneerd vervoer. De koelcontainers worden continu gecontroleerd en zijn uitgerust met moderne technologieën zoals 5G-netwerken voor monitoring. Dit garandeert dat de keten niet wordt onderbroken.
4. Waarom is West-Afrika een belangrijke afzetmarkt voor uien, en wat zijn de cijfers rond de export?
Pieter: Nederland produceert “slechts” 2% van de wereldwijde uienproductie, maar is met maar liefst 20% van de wereldwijde uienexport een grote speler in deze branche. Nederland exporteert jaarlijks 1,3 miljoen ton en daarvan gaat de helft naar West-Afrika naar landen zoals Senegal en Ivoorkust als grootste afnemers. In West-Afrika consumeren mensen gemiddeld 40 kilo uien per jaar, wat aanzienlijk meer is dan in Europa (zeven kilo per persoon). Zoals we in Nederland een appel eten, kan iemand uit Afrika een rauwe ui eten, inmiddels doe ik dat zelf ook wel eens. Deze regio vormt door de hoge volumes een cruciale markt voor Nederlandse uienexporteurs.
5. Wat maakt Nederlandse uien zo geschikt voor export naar Afrika?
Mark: De export naar West-Afrika is een belangrijke pijler voor Lineage. Nederlandse uien zijn zeer gewild vanwege hun lange houdbaarheid, wat cruciaal is voor de Afrikaanse markt. Lineage faciliteert deze exportstromen door hun wekelijkse verbinding naar West-Afrika.
Pieter: uien, die groeien onder de specifieke klimaatomstandigheden van Nederland, zoals lange zomerse dagen en een gematigd klimaat, zijn van hoge kwaliteit en langer houdbaar dan uien uit andere delen van de wereld. Uien die in Afrika worden geteeld, bevatten meer vocht en zijn daardoor minder lang houdbaar. Door deze eigenschappen zijn Nederlandse uien zeer gewild op de Afrikaanse markt, waar er een constante vraag is naar langdurig houdbare producten.
6. Wat zijn de seizoensgebonden verschillen in de transportvolumes?
Pieter: Het hoogseizoen voor uienexport is Q3 en Q4, wanneer er een vers aanbod is en de vraag in Afrika het hoogst is. Tijdens Q1 en Q2 zijn de exportvolumes lager vanwege de hoge beschikbaarheid van het verse product in Afrika zelf. In deze periodes zoekt Jawa naar andere mogelijkheden, zoals het transporteren van bevroren kip of rijst, om de daling in volumes op te vangen.
7. Zijn er plannen om nieuwe ladingstromen en producten aan te trekken?
Jasper: Naast uien en aardappelen zijn er plannen om in de toekomst andere agrarische producten aan het portfolio toe te voegen, zoals wortelen. Het doel is om de stromen te spreiden over het hele jaar, wat financieel gunstiger is en de operationele druk beter verdeeld. Verder kijkt men naar het transport van andere producten zoals rijst, olie en knoflook, die mogelijk nieuwe ladingstromen kunnen genereren.
Mark: Lineage is voortdurend op zoek naar nieuwe mogelijkheden ten aanzien van Agrifood+ Express. Een criteria voor nieuwe partners? Zolang ze binnen de route passen, kunnen ze deelnemen. Dit opent mogelijkheden voor meer diversiteit in ladingstromen.
8. Wat is de rol van duurzaamheid binnen deze samenwerking?
Pieter: Hoewel er geen specifieke certificeringen zijn die Jawa Food verplichten tot duurzaam ondernemen, staat duurzaamheid wel hoog in het vaandel. De keuze voor transport over water in plaats van over de weg levert al aanzienlijke CO2-besparingen op.
Mark: De modal shift van wegtransport naar binnenvaart heeft niet alleen de kosten verlaagd, maar ook geleid tot mogelijke vermindering van CO2-uitstoot. Voor Lineage is dit een belangrijk aspect van hun duurzame transportstrategie. Het gebruik van binnenvaart is milieuvriendelijker en sluit aan bij hun bredere duurzaamheidsdoelen.
Jasper: Men is zich bewust van de impact op het milieu en blijft zoeken naar manieren om verdere verduurzaming door te voeren, ondanks de beperkte marges in de sector. Elektrische vrachtwagens zijn bijvoorbeeld nog geen gangbare oplossing, maar transport via de binnenvaart is een belangrijke stap richting duurzamer transport. We kijken als jong bedrijf graag vooruit, hoe kunnen processen efficiënter? Dat is hoe wij erin staan.
9. Kun je nog iets zeggen over de voordelen van binnenvaart tegenover wegtransport?
Jasper: Het tekort aan chauffeurs is een uitdaging voor veel transporteurs, maar we hebben gekozen voor vaste partners zoals TMA, waardoor we minder afhankelijk zijn van goedkopere, maar minder betrouwbare transportbedrijven. Door vaste samenwerkingen hebben we een stabiele pool van chauffeurs die het werk kennen en efficiënt kunnen werken. De afstand tussen Emmeloord en Vlissingen is relatief lang voor de truck en daardoor kan een truck maar een beperkt aantal vrachten rijden. Bij het gebruik van binnenvaart worden containers afgezet op de terminal in Lelystad en kan 1 vrachtwagen zomaar 7 of 8 ritten doen op een dag.
Grant: Een belangrijk voordeel van onze inland terminals, zoals die in Vlissingen, is de grotere flexibiliteit in vergelijking met de diepzeecontainerterminals in Rotterdam en Antwerpen. In grote havens is congestie vaak een probleem, wat leidt tot lange wachttijden voor vrachtwagens.
Onze terminals kunnen zich snel aanpassen aan veranderende omstandigheden, wat resulteert in een efficiënter proces. Een voorbeeld hiervan is het gebruik van kleinere kranen op terminals zoals Lelystad en Vlissingen. In situaties van overmacht, zoals ongunstige weersomstandigheden, kunnen we veel sneller schakelen. In plaats van honderden vrachtwagens die wachten, staan er op onze terminals slechts enkele te wachten, wat betekent dat we onze klanten veel sneller kunnen bedienen. Daarnaast werken we samen met lokale partijen, wat de service verder optimaliseert.
10. Hoe draagt de samenwerking bij aan de efficiëntie en concurrentiepositie van Jawa?
Pieter: De samenwerking met rederijen en logistieke partijen heeft geleid tot een gestroomlijnd proces waarbij kosten en tijdsverliezen worden geminimaliseerd. Door vaste afspraken met partners en een goed georganiseerde transportketen kan Jawa concurrerend blijven in de markt, ondanks de kleine marges en de grote druk in de sector. Alhoewel er vanuit Afrika nog geen vraag is naar meer duurzaam transport, vinden wij dat als Jawa wel heel belangrijk. We zijn jonge ondernemers en willen graag goed voor de wereld zorgen. Het gebruik maken van de barge geeft veel meer rust in de organisatie en sluit aan bij onze visie. Dus als we alles bij elkaar leggen, is het voor ons een logische keuze om voor Vlissingen te kiezen!
Bron: https://www.zeeland-connect.nl/projecten/agrifood-plus-express/